Wat is jullie best case, worst case en realistisch scenario voor de impact van COVID-19 op de toekomst van textiel? Die vragen stelde ik mijn halve adresboek. Stefanie Vereecken, eigenaar van duurzame kledingwinkel Harvest Club, en Jasmien Wynants, duurzaamheidsexpert bij Flanders DC, antwoordden in een column. Vandaag: Stefanie blijft doorgaan, al lijkt de situatie haar ‘more business than usual’.
Status voor COVID
Ketens bepalen ons straatbeeld, bepalen de verkoop, bepalen de sales, bepalen de consument. In elke stad duiken dezelfde namen op, het winkelbeeld is eenheidsworst. De kleine kmo’s proberen hiertussen stand te houden, maar het is voor elk van hen hetzelfde: zeer hard werken en veel passie hebben, want anders trek je het niet. De huurprijzen swingen de pan uit, de belastingdruk is hoog, en er is de constante adem van grote mannen die je in je nek voelt. Ook zo, helaas, bij fair fashion shops.
Er is een groeiend bewustzijn bij de consument, maar helaas kunnen we dit enkel nog maar in een beginstadium positioneren. Het merendeel van consumenten verwacht lage prijzen. Het voelt bijna als bedrog aan wanneer een hogere waarde aan een kledingstuk wordt toegeschreven.
“Hoe kan het dat een T-shirt zoveel moet kosten?” “In de H&m heb je dat voor 10 euro”
Ketens spelen hier handig op in, door er nog een paar greenwashing campagnes tegen aan te gooien, en te pretenderen dat zij evenzeer met een duurzaam beleid bezig zijn. Zij zijn net de hoofdactoren van de creatie van dit probleem.
“Wearthechange”, “conciousdenim”: dat zijn slogans die vooral de verantwoordelijkheid niet bij hen legt, maar bij de consument.
Grote lokale multibrandketens voelen dat er een verschuiving op til is, en spelen hier handig op in door te pretenderen dat zij binnen x aantal jaar volledig duurzaam zullen zijn. Ondertussen zetten ze labels onder druk bij aankoop om toch maar de consument die “verdiende” laagste prijs te kunnen aanbieden. Want helaas zijn wij de generaties die opgegroeid zijn met het idee dat de laagste prijs kan worden gegeven omdat een winkel enkel een basis aan service en beleving moet geven. De vraag wat zich aan de andere kant afspeelt, wordt helaas niet vaak gesteld.
‘Helaas zijn wij de generaties die opgegroeid zijn met het idee dat de laagste prijs kan worden gegeven omdat een winkel enkel een basis aan service en beleving moet geven.’
Stefanie Vereecken
Vele grote marktspelers in Vlaanderen, Torfs en Zeb to name a few, worden blijkbaar beschouwd als een noodzaak: zij stellen een honderdtal werknemers te werk. Fantastisch, hoera, maar blijkbaar mag er niet meer luidop gezegd worden dat voor elk van hen er drie kleine zelfstandigen in een stad hebben moeten vechten om te overleven of in worst case scenario hun deuren hebben moeten sluiten.
Is dit werkelijk het ondernemen dat Vlaanderen wil? Gooien met prijzen van beste werkgever van het jaar, maar zodra de kans er is, 24 man op straat zetten, op kosten van de Belgische belastingbetaler? Is dit een duurzame onderneming: een winkel die labels onder druk zet bij aankoop en zelf predikt dat discount hun DNA is?
Want dit brengt ons opnieuw bij een ander punt.
Sales. Remember those good old days, toen de solden nog betekende: de laatste maten gaan uithangen in uw winkel aan het einde van een seizoen.
Seizoen. Iets waar de modewereld de laatste decennia hard naar op zoek is. Want er zijn geen seizoenen meer, mede dankzij de fast fashion.
Fast. Want dat moet het zijn. Designers van grote modehuizen bezwijken al jaren onder de druk van het moordende tempo, van 35 collecties in een jaar, want voor hun ateliers de collectie nog maar in de rekken hebben hangen, hangen ze al mooi te blinken in inferieure kwaliteit gemaakt in een of andere Indische sweatshop. Modebladen, overlevend op advertising door dezelfde merken, bepalen dat we dat dan nodig hebben.
In juli MOET de nieuwe wintercollectie eraan komen, makes sense, aangezien dan de zomer juist is begonnen. Argument: de consument wil nieuwe dingen, de consument wil sales. De consument wil dit zeker, als we hem maar doen geloven dat hij dit wil. Maar de consument heeft het recht om te weten wat hij koopt. En heeft het recht om te weten welke mechanismen erachter zitten.
‘De consument heeft het recht om te weten wat hij koopt. En heeft het recht om te weten welke mechanismes daarachter zitten. In kortingen zit het bedrog van de consument. En ik weiger daarin mee te stappen.‘
Stefanie Vereecken
En dan zwijgen we nog van alle mogelijke onzin die er komt aangewaaid uit andere continenten zoals Black Friday, Blue Monday … Kan er mij iemand uitleggen waarom juist op een bepaalde datum de waarde van een kledingstuk moet verlaagd worden? Om dan twee dagen erna aan de oorspronkelijke prijs terug te verkopen? Daar zit het bedrog van de consument. En ik weiger daarin mee te stappen.
COVID
The time is now. Ik dacht dit echt. Ik geloofde dit echt.
Dit was het moment. Stap 1: gedaan met die absurde sales politiek. Hoera, België is een beetje mee! Nu Europa nog … Hallo, Europa? …
Want dat is er nodig. Een duidelijk Europees rechtlijnig beleid, om de online concurrentie aan te pakken. Om de sales politiek aan te pakken. Om die onzin van massadiscounting te stoppen. Om de macht van de grote internet giganten aan banden te leggen.
Hoera, er is nieuws! De Europese Commissie komt later deze week met een aanklacht tegen Amazon omdat het data van externe verkopers zou gebruiken om zijn eigen versie van de producten te maken. Maar is een boete van maximaal 10 procent van de omzet toereikend? Gaan we daarmee echt dit wangedrag aan banden leggen? Ondertussen blijft het op gebied van beleid rond sales oorverdovend stil. Geen eenduidig front in Europa.
Meer nog, online regent het in dit uitzonderlijk droge seizoen discounts, nog meer dan ooit tevoren. ‘Mevrouw, ik heb die schoenen gisteren aan min 50 procent op Zalando gezien. Ik zal ze daar wel kopen. Toch bedankt om mij met de maat te helpen.’ Ondertussen leverde een van de pioniers van de fair fashion een doos kledij die ze zelf eerst aan min 25 procent op hun webshop zetten. Slik.
Onlangs ontving ik nog een mail van een Nederlands label. GEZIEN COVID ZIJN WIJ GENOODZAAKT OM ONZE ONLINE SALES TE BEGINNEN VANAF 13 JUNI. 13 juni. Sales op de zomercollectie. Slik.
En zo kan ik nog verschillende voorbeelden geven. Want het is vechten om te overleven. En bij elk gevecht worden de ethische grenzen afgetast. En helaas nu ook in fair fashion. Labels dienen hun productie te financieren. Zij hebben geen marge om hun retailers uitstel te geven. De druk is hoog, zij dienen hun vorige productie af te betalen en de volgende in gang te zetten.
‘Het is vechten om te overleven. En bij elk gevecht worden de ethische grenzen afgetast. Helaas nu ook in fair fashion.’
Stefanie Vereecken
Wij worstelen zelf elke dag met dergelijke vragen. Wat doe je nu met een leverancier die veel te laat uitlevert? Hij heeft een productie te financieren, maar ik heb ook facturen te betalen. Maar als zij zelf online al sales beginnen in juni, is dit dan nog fair tegenover mij?
De discrepantie tussen de ondernemingen in Europa is groot: zelfs de Nederlandse agenten die voor een groot deel van de Belgische markt innemen, snappen niet wat de situatie in België is. Wij worden gedwongen met hen te werken, maar hoe kan je de verkoopstrategie mee bepalen in een ander land waar je zelf niet van op de hoogte bent?
“Nou, jullie kunnen toch lekker online verkopen?”
“Wat goed dat jullie terug open mogen, wel vreemd dat jullie op afspraak werken”
“Hoezo, sales in augustus?”
TOEKOMST
Ik geloof nog steeds in verandering. Ik ben een optimist. Maar het gevoel ontgaat me niet dat het nu more business than usual is. Dus hoe geraken we hieruit? Een belangrijk item hierbij is natuurlijk: hoe overleeft Azië COVID? Het regent ondertussen ook met dreigende faillissementen, vooral in de fast fashion.
Dat leidt tot nog grotere kortingen, gesteund door de immosector. Die laatste ziet onbetaalde huren opstapelen en is niet verlegen om op te roepen tot het recht op sales. Want dat is wat de grootste retailverhuurder van dit land, met 750 panden in zijn portefeuille, aan het doen.
Iemand zal de prijs hiervan betalen, en de grootste betaler zal de arbeider aan de het begin van de keten zijn. Ik las dat Inditex duizend winkels gaat sluiten. Duizend winkels die er qua look en feel er exact hetzelfde uitzien, allen met kledij van inferieure productie in bezwarende arbeidsomstandigheden. Moderne slavernij, weet je wel. Maar hoe vang je die arbeiders op? Hoe vang je dit personeel op?
Maar. Er komen ook positieve signalen.
Gelukkig merken we dat binnen fair fashion de loyaliteit van de klanten groot is. Heel groot. Ik kan niet op mijn handen tellen hoe vaak ik de afgelopen twee maanden geëmotioneerd ben geweest door klanten. De berichten van steun waren ongelooflijk, en gaven telkens de moed om door te zetten.
‘Ik kan niet op mijn handen tellen hoe vaak ik de afgelopen twee maanden geëmotioneerd ben geweest door klanten.‘
Stefanie Vereecken
En gelukkig merken we dat de bewustwording groter aan het worden is. Meer en meer komt de vraag: HOE IS DIT MOGELIJK?
Grote modehuizen stappen resoluut uit de grote mallemolen en hebben een open brief geschreven waarin ze zich verenigen. Er is een schreeuw naar verplaatsing van de solden, het late vallen van de koopjesdagen zoals Black Friday.
Kleine onafhankelijke labels distantiëren zich van het ganse sales gedoe en overleven, meer nog: blijken het beter dan ooit te doen. Geen end of season sales meer, niks, nada, nul, en kijk: ze staan er nog, meer nog, klanten appreciëren het meer dan ooit tevoren! Deze labels beseffen ook het belang van hun retailers, van de nonsens van de discounting.
Kleine zelfstandigen hebben opnieuw aangetoond in de voorbije periode over creativiteit en flexibiliteit te beschikken, gesteund door hun unieke relaties met klanten. Ik Koop Lokaal en Ik Koop Belgisch blijven groeien. Cosh boomt als nooit tevoren.
Het wringt, deze week. Want hoeveel keer heb ik nu gehoord: vind je het nu niet ongelooflijk dom dat de sales zijn opgeschoven? Hoe naïef van jou om te denken dat er iets gaat veranderen. Jullie hebben het enkel de handelaars nog moeilijker gemaakt, jullie gaan kapot gemaakt worden door online spelers enzovoort enzovoort.
We hadden allemaal gehoopt dat er eindelijk een Europese aanpak zou komen. True. Niet gebeurd. True. Maar ik blijf erbij, the time is now, weet je wel. En toch weet ik het even niet meer. We blijven doorgaan zoals we bezig zijn. Maar we moeten meer doen. TO BE CONTINUED.
Deze blog maakt deel uit van een dossier over de impact van COVID-19 op de volledige textielketen. Lees mijn stukken voor MO*, Knack Weekend en One World. Lees ook andere best case scenario’s, mogelijke worst case scenario’s en eerder realistische scenario’s.