Modeontwerper Bruno Pieters stopte deze week met zijn 100 procent transparante merk Honest By. ‘Ik heb iets proberen te doen op mijn manier.’

Ik interviewde Bruno Pieters vorig jaar op het Festival van de Gelijkheid in Gent. ‘Merken zijn te bang om volledig transparant te gaan’, zei hij toen. ‘Maar we zijn intussen met 7,5 miljard mensen op deze aardbol. De oppervlakkigheid die zo typisch is in de modewereld, vind ik stilaan ongepast.’

transparantER

Honest By omschrijf je als het eerste 100 procent transparante merk ter wereld. Wat houdt dat juist in?

Bruno Pieters: ‘Die ondertiteling is meer een provocerend statement. Het houdt in dat we alles meedelen wat we weten over het product, alles wat ik als klant of als consument zou willen weten.’

‘Dat betekent: alles over de stof (de grondstof, het spinnen, het weven, het verven) tot het certificaat en wat dat wil zeggen. Hetzelfde geldt voor de benodigdheden: de ritsen, de knopen, de plakmiddels … Ook het maakproces, de naam van de fabrikant, de eigenaar, het adres, hoe lang het duurde om het te maken. En tot slot de totale prijsberekening. Al hetgeen je in feite moet weten als je de moeite wil doen om producten te kopen die op een duurzame manier zijn gemaakt. Je kan die informatie vinden, lezen en zien of je dat goed genoeg vindt. En zo kan je je eigen keuze daarin maken.’

Waarom is transparantie zo belangrijk in de modewereld?

‘Ik denk dat dat belangrijk is in alle sectoren. Het is toch normaal dat je volledig weet wat je koopt, dat je daar de volledige informatie over krijgt. Dat is iets wat heel veel dingen kan verbeteren. Het kan alle soorten problemen die we nu hebben met kinderarbeid en dierenleed vermijden in de toekomst. Bedrijven kunnen transparanter worden. Als mensen het gevoel hebben recht te hebben op die antwoorden, meer vragen willen stellen, dan kom je dat te weten.’

Bedrijven kunnen transparanter worden. Consumenten moeten het gevoel hebben recht te hebben op die antwoorden

Voor je je eigen merk oprichtte, was je artistiek directeur bij Hugo Boss. Je hebt dus zelf veel ervaring in de modesector. Heb je dat ooit anders geweten?

‘Bij Hugo Boss was ik daar niet zo mee bezig. Ik zag wel van alles in die periode. Het is een vrij deftig bedrijf qua productieproces, maar er is natuurlijk ruimte voor verbetering. Ik heb er nooit echt choquerende dingen gezien.’

‘Maar over het algemeen in de mode is het zo dat men produceert in één land en het dan labelt als “gemaakt in Frankrijk”, of “gemaakt in Italië”. Terwijl het dus gemaakt is in China, bijvoorbeeld. En dat kan volgens de Europese wetten. Dat vind ik heel moeilijk als klant. Uiteindelijk betaal je dan voor Europese lonen, terwijl dat niet hetgeen is dat je krijgt. Dat vind ik oneerlijk, of storend.’

‘De reden dat ik het vroeger niet deed, is omdat ik de kennis niet had. Ik dacht, dat is heel moeilijk om alles op een duurzame manier te doen. Eenmaal je begint met research, zie je wel de mogelijkheden.’

BANGE MERKEN

De mogelijkheden zijn er, maar allicht zie je ook moeilijkheden. Wat is voor jou de grootste uitdaging om duurzaam te produceren?

‘Het moeilijke in het begin was de research, die stap zetten. Nu hebben we geen moeilijkheden meer, omdat we de fabrikanten en leveranciers hebben gevonden die we wilden. Alles is mogelijk als ontwerper: alle kleuren of soorten materialen. Hoe groter je bent, hoe makkelijk het is, want dan kun je dingen laten maken enkel voor jou. Ik denk dat er nu vooral meer excuses zijn dan redenen om het niet te doen.’

Nu zijn er vooral meer excuses dan redenen om het niet te doen

Waarom doen niet meer merken dat dan?

‘Het is nog makkelijker om niets te doen, om te blijven in het productieproces dat je hebt. Dat is een zekere routine bij veel bedrijven. Die willen niet echt dat risico nemen om van leverancier te veranderen of leveranciers te vragen om hun manier van werken over te nemen.’

‘Er is heel veel angst. En ik denk dat die angst overwonnen moet worden. Dat zal makkelijker zijn voor fabrikanten of ontwerpers als de vraag stijgt. Klant is koning.’

In 2014 richtte je de Future Fashion Designer Scholarship (FFDS) op, een beurs om modestudenten die op een duurzame en transparante manier proberen te werken te ondersteunen. Wat hoop je daarmee te bereiken?

‘Ik vond dat er heel veel wedstrijden zijn voor studenten. Al die wedstrijden leggen de nadruk op het ontwerp. Ik wou iets maken voor studenten die het verhaal achter het ontwerp ook belangrijk vinden, om hen te belonen.’

Ik heb iets proberen te doen op mijn manier

‘Duurzaamheid is iets waar weinig aandacht naar gaat in de modescholen. Dat vind ik jammer. Uiteindelijk zijn we met 7,5 miljard mensen op de aarde. De oppervlakkigheid die zo typisch is in de modewereld, vind ik stilaan ongepast. De merken moeten echt beginnen nadenken over de toekomst. Ik heb iets proberen te doen op mijn manier, om mensen die er wel mee bezig zijn te steunen.’

Slaat dat aan?

‘Ja, eigenlijk wel. We vragen bijvoorbeeld ook om niet met dierlijke materialen te werken. Het is wel een uitdaging voor mensen die de kennis niet hebben. Maar we begeleiden hen ook.’

BESTE VERHAAL

Is Honest By naast 100 procent transparant ook 100 procent gecertificeerd? En waarom zijn labels (al dan niet) belangrijk?

‘Wij werken meestal met stoffen die gecertificeerd zijn, van GOTS, Oekotex, noem maar op. Soms ook niet. Het ontwerp is het belangrijkste, maar we zorgen ervoor dat het verhaal erachter op zijn best is. We gaan niet iets niet doen omdat het niet bestaat. Het is niet mijn taak om een materiaal uit te vinden – ik zou wel willen, maar ik ben niet in die positie – dat nog niet bestaat. Dus we werken met wat er op de markt is. We kiezen voor het beste.’

Je moet maar een klein beetje research doen over die certificaten en dan weet je al waar je staat

‘Die certificaten zijn gemakkelijk omdat ze zekerheid bieden, ze bieden een soort garantie van hoe het gemaakt is geweest: zonder pesticiden of GMO’s. Je moet maar een klein beetje research doen over die certificaten en dan weet je al waar je staat. Dat is wel belangrijk, omdat het het hele proces van bestellen gemakkelijker maakt.’

Maar het ontwerp primeert.

‘Ja. Je mag nog een heel mooi werkproces hebben, als je uiteindelijk een lelijk product aanbiedt, is er geen reden dat het zou werken. De regel dat je iets moet maken dat mensen nodig hebben, dat ze mooi vinden of dat hen plezier doet, dat blijft. Dat is voor mij zelfs vanzelfsprekend.’