Hoe houd je je kleren zo lang mogelijk nieuw? Het antwoord is simpel: door ze doodgraag te zien. Zorgdragen voor wat je hebt is de boodschap, zodat je minder (impuls)aankopen hoeft te doen.
Ik zit achter mijn laptop in een afgedragen, kapotgerafelde trui, inclusief vrij wansmakelijke zweetvlekken die er met geen wasbeurt meer uit te krijgen zijn. Niks wat een dagje thuiswerk in de weg zit. Ook bij Zoom- en andere videogesprekken geneer ik mij niet om die dragen. Geen hond (of collega) die die permanente okselvijvers ziet.
De week voor ik dit artikel begin te schrijven, blijken zowel mijn vriend als ik een losse knoop aan een broek te hebben. Aannaaien is de boodschap. Een vrouwenjob, vindt hij zelf. Hij zegt het om te lachen (gelukkig maar!), al klopt het dat ik in de lagere school naald en draad heb leren gebruiken en hij niet. Mijn grootmoeder was bovendien naaister van beroep. Hoewel ik nooit achter haar naaimachine mocht plaatsnemen, leerde ze me wel enkele kneepjes van het vak, die ik intussen helemaal vergeten ben. Het enige wat ik nog steeds doe voor ik sokken stop, is mijn draad dubbel plooien vooraleer ik ‘m in mijn naald steek, voor een steviger – zeg gerust: duurzamer – resultaat. Maar dat lijkt me de basis, voor zover ik als leek daarover iets kan zeggen.
Aan mij is geen groot naaister verloren. Maar een knoop, dat wil ik nog wel eens proberen, hoe lang het ook geleden is. Ik haal naald en draad boven. Lang moet ik daar niet naar zoeken: ik heb een klein naaisetje en ben daar best aan gehecht. Op reis zit het vaak in mijn trekrugzak, aangezien ik naar exotische bestemmingen vaak dezelfde luchtige zomerkledij (vaak met mouwtje of lange rok, gezien de culturele of religieuze gevoeligheid daaromtrent) meeneem. Zo weet ik nog goed dat ik op een boottocht in het zuiden van Bangladesh de gaatjes in mijn T-shirts aan het stoppen was, die zich telkens op dezelfde plek vormen, ter hoogte van mijn riem. De tijd vliegt niet als je op zoek bent naar Bengaalse tijgers. Waarom niet die dode, schroeiend hete uren gebruiken om mijn reisgarderobe, waar ik zo tuk op ben, zo goed of zo kwaad mogelijk te herstellen?
In gedachten krijg ik een virtuele high five van de Italiaanse Orsola de Castro, magiër met naald en draad, duurzame mode-ontwerper en medeoprichter van Fashion Revolution, een organisatie die kledingmerken op hun verantwoordelijkheid wijst om te verduurzamen en transparant te worden. De Castro wordt The Queen of Upcycling genoemd, een titel waar ze duidelijk trots op is, want ze vermeldt hem in haar recente boek, Loved Clothes Last. Haar boodschap is in principe evident: zie je kleren graag en draag er zorg voor. Zo simpel is het. Liefde. Zorg. Respect. Als we met z’n allen iets meer omkijken naar de kleren die we dragen – en bijgevolg ook naar de mensen die het zorgvuldig voor ons in elkaar gesponnen, geweven en gestikt hebben – dan staan we een stap verder.
Lees het volledige artikel voor OneWorld: https://www.oneworld.nl/lezen/klimaat/groen-doen/hoelang-ga-je-die-black-friday-broek-dragen/
Het artikel werd geschreven voor het zomernummer van het papieren magazine en is pas in november online verschenen naar aanleiding van Black Friday.