‘Makers van mode hebben een naam, een identiteit, emoties’, vertelt modetheoreticus Daniëlle Bruggeman in gesprek met Aurélie Van de Peer. Door hen een gezicht te geven, worden we vanzelf emotioneel betrokken bij een kledingstuk en gaat het, door onze zorg, een stuk langer mee.
Het is geen toeval dat modelector dr. Daniëlle Bruggeman net met de naar Gent uitgeweken Kempische socioloog dr. Aurélie Van de Peer in gesprek gaat tijdens het Fair Fashion Fest. Beide academici werken aan de modeopleidingen van de ArtEZ University of the Arts in Arnhem, wereldberoemd in zijn discipline. Ze kennen elkaars werk goed: Aurélie focust op het moordende tempo van de modekalender en hoe die de drang naar steeds nieuwe spullen in de hand werkt, Daniëlle bekijkt de menselijke dimensies daarvan, de impact op vlak van duurzaamheid. Tijdens het gesprek refereren ze naar elkaars teksten en hoe ze die interpreteren.
‘De tijd is gekomen om niet enkel kritiek te geven op het systeem’, leidt Aurélie af uit het werk van haar collega. ‘We moeten actief alternatieven en strategieën gaan formuleren waar duurzaamheid centraal staat.’ Vervolgens citeert ze uit haar boek, Dissolving the Ego of Fashion (ArtEZ Press, 2018), een quote die Aurélie voor de gelegenheid vertaald heeft: ‘De discussie focust vaak op materialen en technologieën, terwijl de erkenning van de menselijke dimensies van mode fundamenteel is voor een meer ethisch engagement met elkaar en met de materiële bronnen van onze planeet.’
Die nieuwe materialen en nieuwe technologieën waar het zo vaak over gaat zijn weliswaar essentieel in de transitie naar een meer duurzaam systeem, reageert Daniëlle op haar eigen woorden. ‘Maar ik wil wel graag benadrukken dat dat niet het enige is. Het is ook van belang om de sociale, culturele, menselijke en esthetische kant van mode mee te nemen.’
‘Het gaat om het gedrag van de drager, de consument. Er is veel meer een bewuste omgang met mode nodig, in plaats van dat we het zien als wegwerpproduct. Als je kijkt naar de makers van mode, zeker in de fastfashionindustrie, dan zie je dat zij worden ingezet als inhumane instrumenten om mode op massale schaal te produceren. Daarom vind ik het van belang om die menselijke dimensie terug te brengen, om de makers te zien als menselijke subjecten, met een naam, een identiteit en emoties. De macht van westerse modemerken over arbeiders in precaire posities is tijdens de coronacrisis nog maar een keer extra pijnlijk duidelijk geworden. Daardoor is de gevoeligheid voor de weeffouten in het systeem misschien wel toegenomen.’
Lees het volledige artikel via Gent Fair Trade: https://gentfairtrade.be/fair-trade/emotioneel-duurzaam-design-als-motor-voor-verandering
Daniëlle geeft onder meer het voorbeeld van Carpet of Life. Die voornamelijk Gentse onderneming laat in de Marokkaanse Sahara fair trade tapijten maken met oude kledingstukken die een symbolische waarde hebben voor de drager. ‘Op deze wijze geven ze de kleren een nieuw leven, terwijl ze hun sterke emotionele waarde behouden. Ze willen een nieuw leven creëren voor je oude garderobe, terwijl je tegelijkertijd ook een eerlijk inkomen creëert voor de makers.’ (Foto bovenaan: Sarah Van Looy)